Wij zijn nogal vergeetachtig, nietwaar ? Het is ook al 75 jaar geleden. Maar wat houdt zo’n atoomexplosie concreet in ? Het eerste wat je van een kernexplosie zult zien is een lichtflits. Deze zorgt voor tijdelijke verblinding. Dan groeit de vuurbol (4000° C), die alles en iedereen terplekke verpulvert en resterende elementen in vuur en vlam zet. De vuurbol drukt ook de lucht bij elkaar en brengt daardoor een schokgolf teweeg, eerst in de ene richting, 400 km/u, krachtiger dan een orkaan, gevolgd door één in de tegenovergestelde richting, door de tegendruk. Gebouwen worden vernietigd. De wind verplaatst het vuur, waardoor vuurstormen ontstaan. Niemand ontkomt: ofwel verbrand je levend, ofwel verstik je. Naast de lichtflits, het vuur en de schok is er de straling: gamma, - en neutronenstraling, die de zone radioactief besmet maakt. Vooral bij een grondontploffing levert dat bovendien gevaarlijke fall-out op, radioactieve deeltjes die nadien terug neerdwarrelen.

‘Toen ik bijkwam, was ik ernstig verbrand. En ook mijn vrouw was vreselijk toegetakeld. We klommen over het puin. Toen struikelde mijn vrouw over iets. Over een man. We herkenden hem niet. En konden niet zien of hij nog leefde of al dood was. Hij erkende ons echter. “Laat me maar kinderen,” fluisterde hij, “vlucht!”. De stem was vreemd en keelachtig, maar ik wist dat het de stem van mijn vader was. Maar toen ik hem aankeek, zei ik tot mezelf: hij is het toch niet. “Schiet op,” riep hij nu (nee, ik geloof niet dat hij geroepen heeft, maar het klonk als een bevel), “schiet op ! Anders blijven jullie ook liggen !”. Hij is het toch, dacht ik toen, en rende, en haalde een scherf vol water. Toen ik echter het water naar binnen probeerde te gieten, en toen ik zag dat het water terugliep, zei ik weer tot mezelf: hij is het toch niet. Ik werd bang en zei tegen mijn vrouw: “Laten we gehoorzamen!” en trok haar achter me aan, en zo verlieten we hem en lieten hem liggen. Onderweg hebben we nog velen zien liggen en laten liggen. Bij ieder dacht ik: hij is mijn vader.’

Dit fragment is geciteerd door Günther Anders, geboren als Günter Stern, een Joods-Duits filosoof die in de j’50-60 veel heeft gepubliceerd over de gevaren van het atoomtijdperk. Hij was ook een tijdje samen met Hanna Arendt, die vandaag aan een come-back lijkt bezig te zijn in onze contreien, en die zich ook heeft uitgesproken over en tegen het nucleaire gevaar. Dichter bij huis schreef wijlen Jef De Loof, arts tegen atoomwapens, in de j’80 samen met zijn dochter het boek met als titel: ‘En niemand hoort je huilen’.

Vandaag wil ik deze traditie verder zetten om niet te vergeten wat er op resp. 6 en 9 augustus 1945 is voorgevallen in Hiroshima en Nagasaki. Twee steden die met een eerste generatie atoombom, een rudimentaire atoombom, met de grond gelijk werden gemaakt. Waarbij telkens 100.000 mensen, inclusief vrouwen en kinderen, om het leven kwamen.

De waterstofbommen sinds de j’50 zijn nog eens 1.000 keer krachtiger dan die atoombommen, die op zich al 1.000 keer krachtiger zijn dan de krachtigste conventionele wapens van vandaag. Dus een miljoen keer krachtiger. De krachtigste waterstofbom die ooit tot ontploffing werd gebracht, tsaar Bomba in de Sovjetunie had een kracht van 50 MT. Ramen sneuvelden tot op 900 km afstand.

De voorbeelden tot hier toe waren individuele explosies. Maar wat als meerdere bommen tegelijkertijd ontploffen ? Wat als een heuse kernoorlog van start gaat ? Dan spreken we van tientallen miljoenen slachtoffers die onmiddellijk vallen, maar daarbij komt dat door de fall-out het zonlicht wordt afgeblokt, waardoor de temperaturen zullen dalen, wereldwijd, de fameuze nucleaire winter, waardoor oogsten zullen mislukken en naar schatting honderden miljoenen mensen zullen omkomen. Sommige schattingen spreken van 1-2 miljard mensen die zouden kunnen omkomen, zelfs bij een gelimiteerde aanval tussen India en Pakistan met elk 50 kernwapens. Die relatief recente berekeningen komen van Amerikaanse experten die de atmosfeer bestuderen en waarvan de resultaten in peer-reviewed academische journals werden gepubliceerd: dus met 100 kernwapens, een fractie van de 14.000 kernwapens die nog steeds verspreid liggen over 9 negen staten die de andere 190 staten elk moment bedreigen.

Tot hier toe heb ik niets controversieels gezegd. Voor-, en tegenstanders van kernwapens, ja er bestaan ook voorstaanders, zijn het eens over de gevolgen van het gebruik van kernwapens. Het grote verschil tussen beiden is de mate waarin men gelooft dat kernwapens opnieuw gebruikt zullen worden. Voorstanders van kernwapens lijken te geloven dat die immense destructiekracht er voor zal zorgen – versta er altijd zal voor zorgen - dat politieke leiders twee keer zullen nadenken om die on-tuigen opnieuw in te zetten. Tegenstanders van kernwapens gaan hiermee akkoord, maar hebben minder vertrouwen in politieke leiders en verwijzen naar de geschiedenis. Het hoeft ook maar één keer mis te lopen.

Ben zelf altijd verbaasd geweest over dit optimisme aan de dag gelegd door de voorstanders van kernwapens. Waarom verbaasd ? Omdat diezelfde voorstanders van kernwapens door de band genomen minder vertrouwen hebben in de goedheid van de mens, zichzelf Realist in plaats van idealist noemen, en net daarom pleiten voor bijvoorbeeld hogere defensiebudgetten. We kunnen hier enkel een interne inconsistentie onderkennen in de redenering van de voorstanders van kernwapens. En dan heb ik het nog niet over die voorstanders van nucleaire wapens die vooral aangetrokken zijn door het prestige dat met kernwapens en meer bepaald het select clubje gepaard gaat. Dat heeft al veel minder of helemaal niets met afschrikking te maken. En waarom zijn er nog 14.000 kernwapens ? Ik vrees dat de immense bedragen die hiermee gepaard gaan – zo’n 70 miljard dollar per jaar oftewel 191 miljoen dollar per dag, ik herhaal 191 miljoen dollar per dag – misschien ook wel iets zegt waarom het zo moeilijk is om de tanker van richting te veranderen. Dat laatste heeft natuurlijk weinig of helemaal niets te maken met het idee van afschrikking, want daarvoor heb je er geen 14.000 nodig. Het gaat puur om jobs. Tienduizenden, misschien wel honderdduizenden jobs.

De interne inconsistentie in de positie van de tegenstanders van kernwapens (met name meer vertrouwen in de goedheid van de mens en dus idealistischer, maar niet in het gebruik van kernwapens) is makkelijker te verklaren aangezien zij een onderscheid maken tussen politieke leiders die omwille van de job machiavellistischer zullen zijn aangelegd en dus minder ‘goed’ van nature uit zijn of geworden zijn dan de gemiddelde burger, en tegelijkertijd beslissingen moeten nemen in het zogenaamde nationaal belang, wat jammer genoeg niet altijd samenvalt met de toekomst van deze aarde, en dus de toekomst van onze kinderen en kleinkinderen.

De hamvraag vandaag (en die bij ons is sinds het begin van het atoomtijdperk) is: hoe kunnen we effectief voorkomen dat kernwapens opnieuw gebruikt zullen worden ? Kunnen we dat gepolariseerd debat tussen voor,- en tegenstanders overstijgen ? Kunnen we bijvoorbeeld ten rade gaan bij wetenschappers, bij exacte wetenschappers, zoals we nu tijdens de pandemie ten rade gaan bij virologen ? Laten we bijvoorbeeld eens ons oor te luister leggen bij Steven Stroeykens, tot voor kort wetenschapsjournalist bij De Standaard. In zijn boek ‘Het einde van de wereld. Een geschiedenis’ (uitgegeven bij Polis in 2016) beschrijft hij 34 gevaren voor de mensheid, die hij opdeelt in drie groepen. In zijn eerste deel “Openbaring” lees je scenario’s waarin na een periode van troebelen een betere wereld aanbreekt – vaak zijn dat religieus geïnspireerde scenario’s; waaronder de door u bekende Apocalyps. In het derde deel (“speculatie”) gaat het over de catastrofaalste, maar niet zo acuut dreigende scenario’s, vb kosmische explosies. Het tweede deel van zijn boek is voor experten internationale veiligheid het interessantste. Hier gaat Stroeykens op zoek naar soorten rampen die ons echt zouden kunnen bedreigen. De klimaatopwarming hoort daarbij. Maar tevens, interessant genoeg, een hoofdstuk over epidemieën. Nogmaals, dat boek dateert van tempore non suspecto: anno 2016. In dat hoofdstuk vermeldt hij trouwens dat Bill Gates zo’n epidemie voorspelt. Gates heeft gelijk gekregen. En u ziet me al komen, een ander hoofdstuk titelt ‘Totdat de bom valt’. En wat schrijft Steven Stroeykens ? Ik citeer: ‘Van alle doemscenario’s die ik in dit boek beschrijf, is dat van een kernoorlog daarom [en hij heeft het over aantal kernwapens dat overblijft en de mate dat ze klaar staan om gebruikt te worden] het zorgwekkendste. Het is het meest realistische scenario voor een allesvernietigende ramp op korte termijn’. Einde citaat. Mogen we hopen dat de coronacrisis tenminste het besef heeft bijgebracht dat we kwetsbaar zijn, dat we niet alles kunnen controleren, en dat dit niet de laatste ramp zal zijn, al dan niet door de natuur of door de mens veroorzaakt ?

Er bestaat ook een groep wetenschappers, waaronder een hele resem Nobelprijswinnaars Chemie, Biologie, Fysica (alsook wijlen Stephen Hawking), die jaarlijks samenkomen om te bepalen hoe goed of hoe slecht het gesteld is met deze atoomdreiging (en die de laatste jaren ook het klimaatvraagstuk meenemen), en dit in de vorm van een klok: hoe dichter bij middernacht, hoe gevaarlijker. Het is een initiatief van wetenschappers die nog meegewerkt hebben aan het Manhattan project, het project dat tot de ontwikkeling van de Amerikaanse atoombom heeft geleid. Deze doomsday clock stond begin j’50 - hoogtepunt van de KO - op 2’ voor 12; de klok is stelselmatig teruggezet tot 17’ voor 12 aan het einde van de KO. Jammer genoeg is die de afgelopen 30 jaar opnieuw tot dichter en dichter bij 12 uur genaderd. Aan het begin van dit jaar, en dat was nog voor de wereldwijde uitbraak van corona, werd de klok verplaatst naar 100 seconden voor middernacht. Nog nooit heeft de klok zo dicht bij 12 uur gestaan.

Maar omdat jullie de moeite hebben genomen om vandaag tot deze vredeskerk af te zakken en omdat jullie toch al iets kunnen voorstellen bij dit gevaar, wil ik kort nog ever verder toelichten waarom het de afgelopen tijd echt wel de verkeerde kant uitgaat. Dat heeft te maken met de crisissen op vlak van nucleaire ontwapening, wapenbeheersing en proliferatie, naast de toegenomen nucleaire retoriek in onder meer Rusland en de VS, en de opkomst van en interplay met nieuwe wapensystemen zoals hypersonische raketten, cyberwarfare en artificiële intelligentie.

Laat me het vandaag enkel hebben over die crisissen. Laten we beginnen met de crisis van nucleaire ontwapening. Gelukkig werden doorheen de tijd al vele duizenden kernwapens geëlimineerd, wat evenveel zegt over de gigantische en irrationele wapenwedloop die hieraan vooraf ging. Wijlen Jos Decorte, filosoof aan het HIW alhier, heeft dat ooit ‘De Waanzin van het Intellect’ genoemd. Sinds 20-25 jaar is de afname aan het afnemen en zijn we bijna bij een status-quo beland. Met andere woorden, de aantallen die nog altijd reusachtig zijn, dalen niet veel meer. Tegelijkertijd ziet het er ook niet goed uit aangezien bestaande wapenbeheersingsakkoorden in de prullenmand verdwijnen, wat ons bij de tweede crisis brengt: die van de wapenbeheersing.

Denk maar aan het INF akkoord (1987) over middellange afstandsraketten in Europa waar velen onder ons nog tegen betoogd hebben – niet tegen dat akkoord, wel tegen die raketten. “Geen raketje, naast mijn bedje”. “Na Reagan, komt zonneschijn”. Dat was nog eens een tijd. Van die bijeenkomsten ging een geweldige kracht, dynamiek van uit. Samen opstappen voor het goede doel (soms in de plenzende regen) en weten dat je met zoveel bent, zoveel mensen van goede wil, dat doet gewoon heel veel deugd. Die vredesbetogingen hebben het buitenlands en defensiebeleid van ons land definitief opengebroken, waardoor het geen elitaire bedoening onder topdiplomaten en topgeneraals is gebleven. De vredesbeweging kreeg een gigantische boost; van de terugslag is ze nog steeds aan het bekomen. Politieke partijen werden gemaakt en gekraakt, al verloor de toenmalige CVP niet, ondanks de plaatsing van de raketten in Florennes. Wat niet betekent dat het merendeel van de mensen akkoord ging met die plaatsing; wel dat stemmen in het kieshokje over meer gaat dan kernwapens, wat ook niet abnormaal is. Daar knelt het schoentje vandaag de dag nog meer. Vandaag ligt ogenschijnlijk niemand meer wakker van die kernwapens. Ze zijn – als ik het zo mag zeggen – uit het straatzicht verdwenen, behalve misschien in Kaulille-Kleine Brogel. De mainstream media hullen zich in stilzwijgen. Er zijn belangrijker items zoals verkeersongelukken, of de inhoud van de kleerkast van Phaedra Hoste. Films zoals The Day After worden niet meer gemaakt.

Terug naar onze niet meer bestaande wapenbeheersingsakkoorden. Het INF akkoord werd vorig jaar unilateraal opgezegd door onze vriend Trump, na Rusland beschuldigd te hebben het verdrag niet te hebben nageleefd. Dit jaar onderging het Open Skies verdrag hetzelfde lot. Opnieuw Trump. De man achter Trump – John Bolton – had eerder onder Bush al het ABM verdrag (over raketafweersystemen) unilateraal naar de prullenmand verwezen. De Russen zijn daar nog kwaad over.

Merk ook op dat de oude wapenbeheersingsakkoorden niet vervangen worden door nieuwe. Als New START, het laatste bilateraal strategisch akkoord dat van 2010 dateert en volgend jaar in januari afloopt, niet met 5 jaar wordt verlengd (zoals het er onder Trump naar uit ziet), dan komen we voor het eerst in 50 jaar in een situatie waarbij geen enkel bilateraal wapenbeheersingsakkoord nog bestaat, en de VS en Rusland dus alle vrijheid hebben om hun aantallen zonder wederzijdse verificatie opnieuw op te schalen, een soort nucleaire anarchie als het ware.

En alsof dat alles nog niet volstaat, zitten we naast een crisis van nucleaire ontwapening en wapenbeheersing, ook met een crisis op vlak van proliferatie (ttz de verspreiding van kernwapens naar meer landen of zelfs naar terroristische organisaties) opgescheept. Het Nucleair Nonproliferatie Verdrag (NPV)(1968) – de zogenaamde hoeksteen van het non-proliferatie en ontwapeningsregime – begint serieuze mankementen te vertonen. Het heeft Israel, India en Pakistan nooit in haar armen kunnen omsluiten. De drie zijn één voor één de nucleaire toer op gegaan. India en Pakistan hebben bovendien sinds ze zich nucleair ge-out hebben in 1998, quasi jaarlijks grensschermutselingen en af en toe een heuse oorlog gevoerd. Dat was onder meer het geval in 1999, in 2001, en vorig jaar – top of the bill – voerden ze een luchtoorlog met elkaar, waarbij een Indisch gevechtsvliegtuig werd neergehaald en de piloot gevangen genomen. Ziehier twee kernwapenstaten die een luchtoorlog voeren. Het voornaamste argument van de voorstanders van kernwapens, met name dat kernwapens een afschrikkend karakter hebben en dus stabiliserend en veiligheidsbevorderend werken, wordt hier genadeloos onderuit gehaald. Gelukkig is de luchtoorlog niet geëscaleerd tot en met het nucleaire niveau. Maar wat de volgende keer ? Enkele weken geleden kregen we een doorslagje van die Indisch-Pakistaanse grensschermutselingen op de grens tussen India en China, opnieuw twee kernwapenstaten.

Dat gaat ooit slecht aflopen. Ik voel me een beetje Bill Gates, zij het iets minder bemiddeld. Wij slaapwandelen naar een catastrofe. Dat NPV heeft bovendien een serieuze slag in het gezicht gekregen toen Noord-Korea, dat het NPV had getekend en geratificeerd, zich in 2003 terugtrok uit dat NPV. Dat was een precedent. De volgende in het rijtje is mogelijks Iran, zeker sinds de VS zich onder Trump in 2018 unilateraal heeft teruggetrokken uit de deal van 2015, gemaakt door Obama. Als Iran zich terugtrekt en kernwapens aanmaakt, volgt Saudi-Arabië automatisch. En ook andere staten in het MO staan al met één been uit het NPV. Men denke aan Egypte, maar tegenwoordig misschien nog meer aan Turkije. President Erdogan capteerde de tijdsgeest toen hij vorig jaar op de Algemene Vergadering van de VN opmerkte dat het niet normaal is dat sommige landen over kernwapens kunnen beschikken (zij het tijdelijk) en anderen niet. Hij oogstte met deze opmerking veel applaus. Dat is de grootste angel in het NPV. De niet-kernwapenstaten zijn de loze beloftes van ontwapening door de kernwapenstaten spuugzat. Het discriminerende karakter van enkele “have’s” versus heel veel “have nots” is inderdaad niet langer houdbaar. Daarvoor waarschuw ik al lang. De kernwapenstaten en hun bondgenoten (en dus ook ons land) deden en doen echter nog steeds alsof hun neus bloedt.

Tant pis. Het komt als een boemerang terug in het gezicht van de kernwapenstaten. De blijde boodschap van vandaag is dat er een kentering – die boemerang - in de maak is. De grote groep niet-kernwapenstaten heeft eindelijk de touwtjes in handen genomen, en de kernwapenstaten en hun bondgenoten (en dus ook ons land) zijn op achtervolgen aangewezen. En dat zijn ze niet gewoon. Dat vinden ze vervelend. Zeer vervelend. Ze zitten niet meer aan het stuur. Hoe is het zo ver kunnen komen ? Het is begonnen met de steeds terugkerende frustratie aangaande het gebrek aan daadkracht door de kernwapenstaten om hun belofte tot nucleaire ontwapening, gemaakt in het kader van het NPV, uit te voeren. De vijfjaarlijkse herzieningsconferenties van het NPV zijn een goede graadmeter. Er zijn er meer mislukt dan gelukt. En de weinigen die tot een consensuele slottekst zijn gekomen, omvatten beloftes, die dan nadien niet werden nagekomen. Je zou voor minder gefrustreerd geraken.

Er is dan een beweging van onderuit (door NGOs) ontstaan die achteraf bekend zou worden als het Humanitair Initiatief. Ontstaan na de mislukte Herzieningsconferentie in 2005 (ten tijde van Bush, toen het unilateralisme voor het eerst hoogtij vierde). Het was één van de oprichters van IPPNW, de wereldwijde organisatie van artsen tegen atoomwapens, die in navolging van het verbod op landmijnen en de toenmalige onderhandelingen voor een verbod op clustermunitie (die er ook gekomen zijn dankzij NGOs) dacht aan een gelijkaardig verbod op kernwapens. Zo’n verbod – raar, maar waar - bestond nog niet. Een verbod met als voornaamste argument dat het hier gaat om inhumane wapensystemen waarvan het gebruik, elk gebruik zou ingaan tegen het internationaal humanitair recht (het moderne oorlogsrecht), en meer bepaald de principes van discriminatie (waarbij bij gebruik van wapensystemen steeds een onderscheid dient gemaakt te worden tussen burgers en militairen als target) en het principe van proportionaliteit alsook het principe van het recht op medische bijstand. ICAN, de internationale coalitie tegen atoomwapens, was geboren, we spreken 2007-2008, en ICAN telt nu een 500-tal NGOs wereldwijd.

In 2010, op de volgende herzieningsconferentie van het NPV, slagen landen als Zwitserland en Oostenrijk, die het Humanitair Initiatief genegen zijn, erin om een paragraaf te laten goedkeuren, ook door de kernwapenstaten en hun bondgenoten, dat stelt dat het gebruik van kernwapens catastrofale gevolgen heeft. Daarop werd de volgende jaren verder geborduurd. Drie internationale conferenties werden georganiseerd in de periode 2013-2014, meer bepaald in Noorwegen, Mexico en Oostenrijk, waarbij de kernwapenstaten hun kat stuurden en waarbij de kernvraag was: zijn wij als maatschappij, in staat om de humanitaire gevolgen van een kernoorlog te ondervangen ? Het antwoord daarop kent u. Als we met ons allen in ons kot moeten blijven omdat er slechts 1900 intensive care bedden beschikbaar zijn in de ziekenhuizen van ons land, moet misschien ook eens de vraag gesteld worden hoeveel van die bedden nodig zullen zijn (en er nog zullen zijn) als een atoombom op ons grondgebied – en we zijn een target omwille van de NAVO en het feit dat we zelf kernwapens huisvesten – ontploft, laat staan meerdere exploderen. Ook hier kent u het antwoord op. Toch doen onze christendemocratische, liberale en nationalistische (en in mindere mate socialistische) politici alsof hun neus bloedt en gaat men gewoon voort met het dreigen met gebruik van kernwapens.

Een andere logische gevolgtrekking tijdens die humanitaire conferenties was dat de beste manier om te voorkomen dat die wapens opnieuw zouden gebruikt worden, was om ze te elimineren. Dat wist u al langer, natuurlijk. En dat stond trouwens al met zoveel woorden in het NPV. En, en dat was wel nieuw, een goed begin om ze te elimineren zou zijn ze bij verdrag te verbieden, zei men na afloop van die humanitaire conferenties. Zo was het ook gegaan bij chemische en biologische wapens, en bij landmijnen en clustermunitie.

En zo geschiedde. Een historische resolutie in de Algemene Vergadering van de VN werd aangenomen met 123 ja-stemmen in oktober 2016 om het jaar daarop een verbodsverdrag op kernwapens te onderhandelen in het kader van de VN. Je zou dan verwachten dat elk land zich achter deze nobele doelstelling zou scharen. No way, de kernwapenstaten vonden het “te vroeg” (47 jaar na de inwerking treding van het NPV; 72 jaar na Hiroshima). En de bondgenoten van de kernwapenstaten, lees de NAVO lidstaten (waaronder ons land), dus niet-kernwapenstaten, gedroegen zich als brave poedels, de belangen van de kernwapenstaten kiezend boven de doelstelling van nucleaire eliminatie. Il faut le faire. Ik ben nooit de grootste aanhanger van de NAVO geweest, maar dit was voor mij de druppel teveel, wat de NAVO betreft.

Ons land, onze politieke partijen zijn met woorden voorstander van nucleaire eliminatie, van een wereld zonder kernwapens, tegen unilaterale, maar voor multilaterale onderhandelingen. Maar als puntje bij paaltje komt, stemmen we als één van de weinige landen in de wereld (38 van de 190) tegen een resolutie die oproept tot multilaterale onderhandelingen voor een Verbodsverdrag. Dat is toch ongelooflijk, terwijl opiniepeilingen keer op keer aangeven dat een twee derde meerderheid in ons land wenst dat we dat verdrag ondertekenen. Meer nog, ons land boycot die multilaterale onderhandelingen door simpelweg onze diplomatieke kat te sturen, in mijn ogen een aanfluiting van onze verplichtingen onder het NPV. Nederland, toch ook een NAVO lidstaat met kernwapens op haar grondgebied, was tenminste aanwezig in New York, dit onder druk van haar parlement en vredesorganisaties zoals Pax, en ondanks even grote druk van de VS, het VK en Frankrijk en de rest van de NAVO. Hoe klein kan ons land zijn ?

Belgie, maar ook Vlaanderen staat al heel lang aan de verkeerde kant van de geschiedenis in dit verhaal. 122 staten stemden voor het Verbodsverdrag op 7 juli 2017; 81 staten hebben het Verbodsverdrag ondertussen ondertekend; 40 hebben het geratificeerd; als nog 10 staten het ratificeren, waarschijnlijk ofwel dit ofwel volgend jaar, wordt het van kracht. Niet veel later zullen kernwapens door een meerderheid van staten in de wereld (diegene die het op dat moment getekend zullen hebben; hoogstwaarschijnlijk een 100-tal) niet enkel gezien worden als inhumaan, immoreel, illegitiem, maar tevens – en dat maakt wel degelijk een verschil – illegaal. Voor alle duidelijkheid, het verbod betreft niet enkel het bezit, maar ook het gebruik en het dreigen met gebruik, de zogenaamde afschrikkingsdoctrines, ook die van de NAVO en die van ons land.

Het spreekt voor zich dat de norm tegen kernwapens, die al redelijk hoog is, serieus versterkt zal worden kernwapens als illegaal zullen worden beschouwd, tenminste door die landen die het verdrag ondertekend hebben. De hoop van de voorstanders is dat de kernwapenstaten en de NAVO vanaf die dag nog meer gestigmatiseerd zullen worden, in een hoek worden geplaatst als stoute kinderen, dat ze aanzien zullen worden – nog meer dan vandaag – als paria staten. Dat kernwapens niet meer als prestige objecten, maar als illegale massavernietigingswapens worden gepercipieerd.

Tegenstanders van het verdrag stellen in één adem dat dat Verdrag geen enkel effect zal hebben omdat de kernwapenstaten er niet van willen weten, maar tegelijkertijd doen ze er alles aan om niet-kernwapenstaten te dwingen het niet te tekenen. Dat kan natuurlijk niet. Een goed verstaander hoort dat de kernwapenstaten wel degelijk schrik hebben dat dit verdrag effect zal hebben. In welke mate, dat moet worden afgewacht. Privé-actoren zoals pensioenfondsen en grootbanken laten er alvast geen gras over groeien. Voor hen telt één ding: is iets illegaal ? Zo ja, dan stoppen ze onder druk van hun klanten en hun eigen personeel met het investeren in business die dat goedje produceren. Zo hebben het Noors en Nederlands pensioenfonds al beslist om te stoppen met het verder steunen van NW gerelateerde business, en is ook KBC gevolgd in 2018, in een persbericht expliciet verwijzend naar het Nucleair Verbodsverdrag. Voor de KBC staan kernwapens nu op de zwarte/controversiële lijst, naast chemische en biologische wapens, en landmijnen en clustermunitie. Wanneer volgen onze politici ?

Een andere instantie had al eerder een bocht gemaakt. De Kerk, met een hoofdletter. Misschien is deze locatie vandaag toch geen toeval. Het beleid van de Kerk ten aanzien van kernwapens in het verleden was noch vis noch vlees, een tjevenbeleid, zoals de ongelovigen onder u zouden zeggen: de Kerk was natuurlijk tegen het gebruik van kernwapens, tenzij in extreme omstandigheden; de deur werd op een kier gezet. En ook het dreigen met het gebruik werd toegestaan, tenminste zolang de aantallen verder bleven dalen. Paus Franciscus stelde in 2014 onomwonden van niet: zowel het gebruik als het dreigen met gebruik moet moreel veroordeeld worden, en illegaal worden beschouwd; het Vaticaan heeft ondertussen het Verbodsverdrag al geratificeerd.

De teerling lijkt geworpen. Maar dat is niet zo. De tegenstand is taai. Ik roep u op om de druk verder te verhogen op onze eigen politici. Als u frisse ideeën hebt, laat het ons weten. Ik kan me alvast niet inbeelden dat de CD&V of de liberalen blijven vasthouden aan wapensystemen die illegaal worden. Zodra één van de NAVO lidstaten overstag gaat door het Verbodsverdrag te tekenen, en ik vrees dat dit maal de Belgen niet de dapperste der Galliërs zullen zijn, zullen anderen volgen. Bijgevolg zullen de Amerikaanse tactische kernwapens hier dan eindelijk (na 60 jaar) moeten en kunnen verdwijnen, en moeten we zorgen dat de Fransen er niet in slagen om hun kernwapens te Europeaniseren.

Ziedaar de agenda voor de komende jaren. Hopelijk was deze oproep zoals een niet te negeren lichtflits, en heb ik het vuur wat kunnen doorgeven. Er zal een schokgolf nodig zijn om het beleid aan te passen. Maar als dat lukt, straalt de toekomst ons toe.

U weet wat te doen.